| Aantekeningen | 
Akte van pachterkenning door Henrick Rijckenszone van vier morgen land aan de zuidzijde van de Linschoten, 1569 dec. 17Bron: RHC RL, Paulusabdij te Utrecht (toegangsnr. 85-1), inv.nr. 207, d.d. 17-12-1569
 ---
 Naam: Heijnrick Rijckesz
 Woonplaats: Linschoten
 Hoedanigheid: belending
 Bron: RHC RL, WK Montfoort (beh.nr. M017), inv.nr. 109, fol. 15, d.d. 03-05-1571
 ---
 Naam: Heijnrick Rijckensz
 Bron: RHC RL, Poorterinschrijvingen Oudewater (beh.nr. O001), inv.nr. 237, fol. 15v, d.d. 17-03-1587
 ---
 Linschoten
 175. 6 morgen (1596: een viertel) land aan (1507: ten zuiden van de Lange) Linschoten, boven: Willem Herbrandsz. (west: 1474: de leenman met het leen nr. 176; 1507: Barbara, weduwe Willem van Rijneveld c.s.; 1609: Jan Wits te Amsterdam), beneden: Beyblock (oost: 1507: Hendrik Amelgersz.; 1609: de abdij van St. Paulus te Utrecht; 1645: Gerard Jansz. Keizer).
 19-6-1596: Mr. Floris Sas van Weldam bij dode van Lieven, zijn neef, krijgt een akte, nadat hij 26-9-1587 was beleend maar geen akte kreeg, omdat de leenheer stierf en de stadhouder het ambt verliet, waarna overdracht aan Nikolaas Hendriksz. Goor Hilletje Hugendr., weduwe Hendrik Rijkenz., diens moeder, 290 fol. 272.
 10-11-1596: Belast voor mr. Floris Sas van Weldam met f 50.- karolus door Hilletje Hagendr. te Lange Linschoten te lossen met f 800.-, 290 fol. 273.
 20-6-1643: De kinderen van wijlen Jacomina Vrients, dochter van wijlen Aaltje Vrients, medeerfgenaam van mr. Gijsbert van Tenesse, die verkreeg van mr. Floris Sas van Weldam, zijn betaald, 290 fol. 272v.
 24-9-1609: Jan Hendrik Rijkenz. bij dode van Heiltje Hagendr., zijn moeder, waarna overdracht aan mr. Olivier Bouckart voor Machteld, dochter van Hendrik Rijkensz., 290 fol. 273v.
 22-1-1611: Hugo Hendrik Luitenz. voor Margaretha, dochter van Hendrik Rijkenz., zijn vrouw, bij overdracht door Hagen Arnoutsz. voor Machteld, dochter van Hendrik Rijkenz., diens vrouw, 290 fol. 398.
 4-2-1628: Anton van Everdingen voor Margaretha Hendriksdr., weduwe van Hugo Hendriksz., 290 fol. 398.
 28-3-1628: Matthijs van der Tol, secretaris van Bodegraven, voor Gijsbert, Gerardsz. Ruys, wonend aan de Linschoten, zoals Hugo Hendrik Luitenz., diens broer, 290 fol. 398v.
 6-3-1634: Pieter Ruys bij dode van Gijsbert, zijn vader, 290 fol. 399.
 14-2-1645: Anton Jansz. bij dode van Margaretha Hendriksdr. ook voor de medeerven, 291 fol. 244.
 2-5-1646: Gerard Jansz. Keizer, gehuwd met Hilletje Hagendr., bij overdracht door Anton Jansz. ook voor Hendrik, Anton en Hugo Hagenz. en de kinderen van Anneke Hagendr., zuster, Willem
 Dirksz., gehuwd met Marietje Klaas, en Hendrik, Hugo en Frederik Klaasz., haar broers, en Anna Klaasdr. en Anton Jansz., weduwnaar van Grietje Hagendr., 291 fol. 244.
 Bron: Repertorium op de lenen van de hofstede Montfoort, 1362-1649 door J.C. Kort
 ---
 Lange Linschoten, 1573:
 Hendrick Rijcken bruijckt een viertel lants vande abt van sinte Pouwels tUtrecht gemeen leggende met Hendrick voorsz. voor de somme van sestien gulden tsiaers, verschijnende als vooren. Compt ter somme van f 16.
 Hendrick Rijcken voorsz. bruijckt noch een viertel lants erffpacht vanden heijligen geest tot Utrecht voor die somme van tien stadt pondt, elcke stadt pondt gereeckent tot vier sch., verschijnende Martini ’72 ende Petri ’73 ofte na elcken termijn 14 daghen daer nae onbegrepen op verzuijm. Compt ter somme van f 2.
 Bron: Geannoteerde Goederen, RtA-4588 (Hogenda/A. van der Tuijn)
 |